Binnenstad schreeuwt om nieuw concept

Kan een binnenstad het af met minder winkels? In de toekomst wel, verwacht Arjan Raatgever, senior projectleider bij Platform 31. Nu al maken veel winkelpanden plaats voor werkplekken of horeca.

Maar stadsbestuurders komen moeilijk los van gevestigde belangen. Raatgever wil ze graag een handje helpen om aan nieuwe dominante functies te denken. Steeds meer gemeenten ontwikkelen een binnenstadvisie. Uitstekend, meent Raatgever. Maar een handicap is dat alle belanghebbenden daarover hun zegje moeten kunnen doen. De politiek focust op draagvlak, waardoor vernieuwende ideeën minder kansrijk zijn. Dit blijkt ook uit de binnenstadvisies van zestien middelgrote gemeenten, die Platform 31 eind 2014 heeft geanalyseerd.

Misschien kun je van politici niet anders verwachten, stelt Raatgever. Ze hebben immers rekening te houden met alle gebruikers van de binnenstad. Om tot iets nieuws te komen heb je een open mind nodig en moet je in feite apolitiek opereren. Om die reden heeft Platform 31 het initiatief genomen om samen met SITE urban development een ‘Concept binnenstad ‘te ontwerpen met drie tot vijf varianten. Raatgever: “We verwachten dat gemeenten en andere partijen bereid zijn hierin te investeren.”

Hoewel het initiatief nog in de opstartfase is, schetst Raatgever alvast mogelijke scenario’s. Hij voorziet dat wonen en werken in de binnenstad steeds populairder wordt. Het winkelbestand wijzigt ingrijpend door de opmars van online shopping; er komen meer afhaalpunten in de stad. Parkeertarieven spelen in de toekomst geen rol meer, want zelfrijdende auto’s zetten hun eigenaren af op een Kiss & Ride-plek, waarna ze aan de rand van de stad een plaatsje zoeken tot ze worden ‘teruggeroepen’.

Binnensteden doen er goed aan een scherp profiel te kiezen en dit regionaal af te stemmen zodat buurgemeenten elkaar versterken en minder beconcurreren. Bescherm bijvoorbeeld de historische kern in de ene gemeente en concentreer de winkels in de andere. De kleinschaligheid van Nederlandse binnensteden en de korte onderlinge afstanden zijn hierbij een belangrijk voordeel. Raatgever vertrouwt bovendien op de veerkracht van Nederlandse steden. “De geschiedenis bewijst dat ze altijd opkrabbelen na een crisis. Zeker als het lukt om verder te kijken dan de status quo.”

Meer ontwikkelingen